Categoriearchief: Bolivia

De altiplano

Mijn aanvankelijke – hooggestemde – plan was om met de bus naar Oruro te gaan,met de trein door naar het stadje Uyuni en dan de grote zoutvlakte over te steken. In La Paz was ik al naar de Estado General gegaan, het militaire hoofdkwartier, waar de geografische dienst van Bolivia gevestigd is. Goede gedetailleerde kaarten vinden in Latijns Amerika is sowieso al een verhaal apart.
Maar ja, omdat er om de haverklap gestaakt wordt in Bolivia, ze gaan meteen over tot hongerstakingen, ging dat plan niet door. Ik heb een dag later maar de bus gepakt naar Arica dan. En zo kwam ik dan in Noord-Chili aan.
Gegeven mijn conditie – kortademig en niet teven de ijle lucht bestand bij forse inspanning – zat alles fietsen er dus niet in.De Salar de Uyuni overfietsen is daarnaast ook nog eens een avontuur op zich. Die zoutzee is meer dan 100 x 100 km met alleen in het midden (ongeveer) een eiland. Het lijkt me mooi die expeditie een keer te doen, maar dan ook met een groep. Een mooi voorbeeld van het expeditie-karakter vind je bij Over Zoutgrenzen

Lees verder

Change of plan

Maar wel een leuke:) IK wil nu donderdag me de bus vanuit La Paz naar Oruro toe en dan door met de trein naar Uyuni. Dat is aan de oostkant van de grote zoutvlakte en ergens anders (zuidoostelijker) dan ik eigenlijk had gewild, maar ik ben plots in een dag tijd een stuk dichter bij Chili. Vanuit Uyuni ga ik de volgende dag echt rijden. De omgeving is vrij vlak, niet zoals La Paz dat alleen maar op en neer gaat.

Om dit te kunnen doen heb ik wel goed geografische kaarten nodig en die heb ik net besteld bij het Hoofdwartier van de Boliviaans Strijdkrachten. Daar zit het IGM: Instituto Geografico Militar. Om er binnen te komen moet je je legitimideren en word je begeleid door een jong soldaatje met geweer in z’n handen (loop netjes naar beneden). Uiteindelijk blijken ze één kaart van de drie niet op voorraad te hebben, die moeten ze dus plotten of kopiëren. Straks worden ze netjes aan huis bezorgd. Maar wat een poespas al dat soldatengedoe enzo. Het werkt ernstig op m’n lachspieren. De constante aanwezigheid van oproerpolitie de laatste dagen met kogelvrije vesten, traangas en schilden iets miner langzamerhand, maar toch: ik voel erg weinig dreiging van ze uit gaan. Nu is de evt. dreiging bedoeld voor de buschauffeurs die tegen het nieuwe stratenplan van La Paz in staking zijn gegaan, evenals tegen het idee dat hun bedrijven genationaliseerd worden en ze allemaal betere filters op hun uitlaat/motor moeten hebben. Dat laatste ben ik het roerend mee eens. Het stinkt gigantisch in La Paz als er een bus/vrachtwagen langsrijdt. Eén krant suggereert al dat het morgen wel eens A-dag kon worden voor Morales: Afzettingsdag. Sommige fracties in de samenleving en in het Chileense (sic!) leger* zouden al hard aan het complotteren zijn. Als je van complot-theorieën houdt, kun je hier je hart ophalen.

Magoed, ik ga dus eerst donderdag stukje bussen (3,5 uur) en treinen (5,5 uur). En in het weekend ga ik dan rijden – eindelijk.

* Het verlies van directe toegang tot zee in 1881 in de Grote Pacifische Oorlog aan Chili is nog steeds een zorgvuldig gekoesterd nationaal trauma voor veel Bolivianen.

 

Un día cuenco

Het was me het dagje wel gister. Un día cuenco, een queere dag. Het belangrijkste: ik heb mijn Boliviaanse Familia Galán ontmoet 🙂

Rond het middaguur vond ik Iráns telefoonnummer weer terug en heb ik via een belhuis contact gemaakt. had ook op straat gekund, waarschijnlijk goedkoper. Omdat de informele sector hier erg groot is, heb je op straat ok heel veel mensen die aanbieden dat je vanaf $0,5 ($=Boliviano, US$=Dollar) naar mobiel kunt bellen. Ik zat lekker in het zonnetje te luisteren naar de Bolivaanse Marinierskapel – zonderling voor een land dat al 125 jaar geen zee meer heeft, om nog een Fuerza Naval te hebben. Magoed. Ongeveer een kwartiertje nadat we hebben afgsproken (dus voor Latino begrippen keurig op tijd – komen ze langs: Irán, die ik al uit amsterdam kende uit de Rebeldía Rosa die daar door Ojalá was georganiseerd. Zhij had París bij zich, een oudere transdame die me erg aan Bernadette van Priscila, Queen of the Desert deed denken, en een vrolijk knaapje. We hebben een kwartiertje gewandeld en zijn toen gesplitst voor een paar uur. Irán ontvoerde mij naar de Valle de la Luna en andere prachtige stukken natuur, zoals de Sendero del Aguila, een pad boven de rivier die langs La Paz stroomt.

’s Avonds voegde París zich weer bij ons, en dame als ze is, had ze vooral vragen en wilde zelf niet direct veel vertellen. Ze is overigens als trans een nationale beroemdheid, is op tv geweest, wordt geinterviewd… Ik melde dat ik hen graag beiden (of nog meer van de Familia) wilde interviewen voor Radio Noodles, en meteen werd Danna Galán gebeld om erbij te komen. Danna staat in een eerder post over las Galán al vermeld in een link naar de BBC. Ze is geheel niet ontstemd dat het tien foto’s en weinig tekst was. Zoals ik dan ook toevoegde: “Beter tien mooie foto’s dan een hoop oninteressant gebrabbel ;)” Het gezelschap nam mij op sleeptouw naar een traditioneel Boliviaans eetkeldertje met TL-licht waar je eerst bestelt en betaalt en dan binnen tien minuten je bord voor je neus gekwakt krijgt. Ik koos voor een Thimpu, een maaltijd van lamsvlees met een pikante uiensaus op witte rijst en een aardappel plus twee kleinen zwarte ardappeltjes. Dat pikant vile ernstig tegen, ik had de neiging de pikante saus die er nog extra in een bakje stond in zn geheel in te flikkeren. De verzenen (pezen) zaten gewoon nog in het vlees. Anderen namen iets van gekookte kip met rijst en aardappel in soep (daar leek het het meest op). Later weet ik wel hoe dat heet.

Het gezelligst was toch wel toen we vervolgens op strooptocht door de wijk gingen op zoek naar een goede kroeg om bier te drinken. We zijn in een verstopte gaybar gewest – interessant verschijnsel op zich al, een kastcafé. Men besloot ter plekke dat wanneer ik na woensdag wegga uit La Paz – hopelijk ben ik dan genoeg geacclimatisseerd, men dan woensdagavond een afscheidsfeestje met transformaties gaat geven voor mij. Interviewen tussen het transformeren door. Ik zal ook zeker de nodige foto’s en beeldfragmenten ter beschikking stellen. En ik heb sinsds gister er een nieuwe familie bij. Ik mag mijzelf ook met de naam Galán tooien. Tot nader order heb ik besloten dat Micha Galán wil zijn. Danna is eigenlijk Grotesca Galán: haar eigen naam vind ze te klein .. (travo’s en grootheidswaan,wat is dat toch altijd ;o) )

Voor m.n. unicorn die stinkend jaloers zal zijn – hij wilde mijn koffer gelegenheidskleding wel dragen als ie maar mee kon – is er nog een troost: Irán komt in februari naar Amsterdam toe. En dan zullen we haar laten zien wat ze in de Rebeldía Rosa allemal nog niet heeft gezien 😉 Tot die tijd zult u het met tweedehands nieuws moeten doen. En ik heb ook voor de Noodles nog wel een ideetje.