Tag archieven: film

Pojktanten

Slakken zijn hermafrodiet. Dan wel tweeslachtig. En daarmee uitermate queer en verrassend. Zo min als de hoofdpersonen in Pojktanten snappen ze al te veel van mannelijkheid en vrouwelijkheid. 

Eli

Een kritiek op de queerheid van de film zou kunnen zijn dat het puber-gedrag is, zoeken, een fase. Voor een van de twee protagonisten is het dat misschien ook wel, maar ik wil een lans breken voor het herwaarderen van adolescent experimenteren. Juist door wild uitproberen kom je sneller op nieuwe dingen uit. En je moet natuurlijk niet volwassen willen worden. Kan altijd nog.

Misschien moet ik deze gelegenheid te baat nemen en eens wat meer praten over wat ik queer vind. Wat meer verwarring schoppen. Want verwarring is goed. Ik ben bijvoorbeeld moe van het strikte onderscheid tussen gender en seksualiteit in de witte westerse wereld. Seksualiteit en gender(identiteit) liggen veel dichter bij elkaar dan vaak wordt gesteld. En je ziet dat ook in queer kringen. Onze voormoeders in Stonewall, Silvia Rivera en Marsha P. Johnson, waren vooraleerst gay. En ze waren respectievelijk Puertoricaans en zwart.

Maar gay was altijd al ook trans. Genderidentiteit bestond nog niet zo lang. Dat is een uitvinding van Robert Stoller. Beroemd psychiater die samenwerkte met John Money, u weet wel die van David Reimer, de jongen die als meisje werd opgevoed omdat z’n besnijdenis dramatisch verkeerd was verlopen. En die daarna zichzelf het leven heeft benomen omdat ie teveel problemen had door die zaak. Stoller maakte als psychiater praktijken als die van John Money – zijn naam doet vele intersekse personen huiveren – mogelijk.

In gekleurde kringen zie je ook wel meer dat er een dunne lijn is, een overgangszone zo je wilt tussen genderidentiteit, genderexpressie en seksuele voorkeur. En je ziet het ook meer en meer in witte kringen overigens, dat u niet denkt dat het een puur antropologisch verschijnsel is. Ook u kunt dit doen! “Trans ist für alle da!”

Nou is het best nuttig om zelfgevoel en gevoelens voor anderen analytisch uit elkaar te trekken, maar het moet ook weer geen dogma worden. Daar komen weer nare en rare dingen van. Zoals dokters die niet in hun patiënten zijn geïnteresseerd maar in het overeind houden van de Genderdichotomie: gij zult alleen mannen en vrouwen maken. Of zoals Joris Hage, toen hij in de jaren 1990 als chirurg bij het VUmc genderteam werkte, zei: “We maken geen hermafrodieten hier!” Dat zei hij in verband met een transman die geen metaidoioplastie (operatie waarbij een minipenis wordt gemaakt van de door hormonen vergrote clit) wilde en z’n vagina wilde kunnen blijven gebruiken. Best queer. Die jongen zette zo de ideeën over hoe we moeten voelen en er uit moeten zien op z’n kop. Tegenwoordig wordt daar gelukkig niet meer zo moeilijk over gedaan.

Maar een relatief nieuwe en behoorlijk verontrustende ontwikkeling is dat – deels op verzoek van degenen die nog onder het mes moeten – nu de standaardprocedure is de vagina te verwijderen en een fallo (falloplastie, penisopbouw), haast standaard is geworden. Wat ik bij veel jongeren zie gebeuren nu lichamen steeds jonger en steeds makkelijker aangepast kunnen worden, dat alles op alles wordt gezet om de genderdysforie die het gevolg is van een transfobe maatschappij zo snel mogelijk te doen verdwijnen door aanpassing en dat is alles behalve queer.

Nou snap ik die paniek wel, dat je je zo vervreemd voelt van anderen en je hebt vaak geen perspectief hebt op iets anders dan wat je om je heen ziet. En pubertijd is voor de meeste transen nou niet direct een erg verlichtende, maar wel erg spannende ervaring. En met een vertoog dat nog steeds uitgaat van “het verkeerde lichaam hebben”, is het begrijpelijk dat je dus ook een veel grotere hekel aan je geslachtelijkheid – want daaraan wordt het opgehangen – krijgt dan eerdere generaties. Maar om nou uit angst en hekel je hele vagina weg te laten halen … dat levert ook nog wel problemen op mogelijk. En hét probleem erbij is dat je jezelf keuzemogelijkheden ontneemt. Angst is een slechte raadgever, dysforie ook. De nadruk moet (ja, moet) veel meer op zorg en ondersteuning komen in plaats van op slikken en snijden.

Bij transvrouwen is de chirurgie overigens ook niet zonder risico en terecht wil niet iedereen haar bestaande configuratie meteen kwijt. Zeker niet als dat niet moet om je papieren te kunnen veranderen. Wat een mensenrechtenschendende en bespottelijke zaak is überhaupt.

De Nederlandse maatschappij is ook nog eens behoorlijk binair ingericht en regeringen hebben tot nog toe vaak absoluut geen zin in iets doen aan genderstereotypen. De massamedia doen dat ook niet en sociale media hebben eerder een versterkend effect. Zo erg als in Engeland is het hier niet, maar “ombouwen” wordt steeds gemakkelijker gebruikt en acceptatie is vooral doordat je je man/vrouw verklaart. Genderqueer is zelden direct een optie. Hoewel we nu gelukkig wel meer voorbeelden hebben: Antony (& the Johnsons), Buck Angel, Loren Cameron en Kate Bornstein natuurlijk. Nederlandse modellen? Ik had ze niet. En heb er nog steeds knap weinig. Van eerder ken ik wel mensen maar dat zijn geen rolmodellen (niet queer) en nu moet ik wat dat betreft ook best puzzelen. Kom zo snel alleen op mede-Noodles uit.

Ik heb mijn idealen altijd samengesteld uit van alles wat ik leerde kennen, zoals ook extravagantie. Ik herinner me dat ik ooit met m’n moeder naar Robert Long en Leen Jongewaard ging in Haarlem voor Homo Sapiens – nog voor de oorlog. Een aantal flikkers en potten waren uitgedost als Rococo (pruikentijd) dames – waarschijnlijk ook wel heren. Het is de eerste herinnering die ik heb aan extravagantie en drag. Ik denk dat die gender-non conforme tendens ook is wat mij destijds aantrok in het flikker-wezen. Dat is de reden is waarom ik me weer flikker noem; niet de seks en de identiteit maar de genderexpressie de manier van leven. Terugkijkend ben ik ook wel altijd geïnteresseerd geweest in dissidenten omdat ik zelf geen thuis had. Dat klinkt wellicht dramatisch en dat was het ook zeker, maar dat is helemaal goed gekomen. Zodanig dat ik nu de neiging heb generaal Patton na te spreken met “Lead or follow or get out of the way”. Loop niet in de weg.

Even terug naar het grotere plaatje: binnen de transgenderpopulatie, geschat op een vijf procent van de Nederlandse bevolking, is het maar een 10% die nu medische assistentie vraagt bij de genderveranderingen die ze inzetten. Dus als je veel transen ziet, het zijn er eigenlijk nog eens minstens 10x zo veel. Wat mij als transsexofiel ook wel weer deugd doet ;o) Om de oude feministen te citeren ”Oh li oh li oh la. Onze rangen groeien aan!” Of alle feministen blij zijn met dit gebruik van hun leus, waag ik te betwijfelen, maar dat is dan jammer voor ze. Trans* en feminisme ligt helaas vaak nog best moeilijk.

Een betere oplossing dan het hele slik- en snijwerk, minder ingrijpend ook, is op z’n minst niet zoveel nadruk te leggen op het medische verhaal. Als lichamelijke aanpassing zo vaak is om de gevolgen van transfobie te bestrijden, waarom wordt dáár niet volop op ingezet? Het kritiseren van standaardgenderrollen. Ook in holebi-land. Waarom moet iedereen zo verdomde standaard zijn? Waarom kiest haast iedereen voor een leven met één partner? Waarom gedragen nichten zich zo mannelijk? Wat is er mis met butches en femmes? Waarom roepen bi’s om het hardst dat ze heus niet van meer walletjes tegelijk eten hoor!

Het gaat hier overigens om maatschappij-brede zaken. Niet direct om individuele verhalen. Op individueel niveau ligt het niet altijd zo eenduidig. De afwezigheid van geldige alternatieven maakt het zoeken en vinden van alternatieven moeilijk en niet legitiem. En dat leidt er uiteindelijk bijvoorbeeld weer toe dat Boy Hag-Lady Eli zhaar veiligheid op het spel zet in de film.

Vanuit mijn eigen ontwikkeling weet ik hoezeer voorbeelden nuttig zijn. In vele schakeringen. In mijn gender-niemandsland had ik pas laat voorbeelden. Ik vraag me af waar ik geweest was zonder Kate Bornstein’s “Gender Outlaw” en het bijgevoegde stuk “Hidden a gender” Waarin op Marxiaanse wijze de spot werd gedreven met het medische circus. Voor wie de Marx Brothers niet kent: zoek op, ga ze kijken. U moet toch minstens Groucho Marx wel kennen. Op een gegeven moment kwam ik het fotoboek van Loren Cameron tegen, die zichzelf als transman en mooi getatoeëerde bodybuilder met ongewijzigde geslachtsdelen op de foto zette. En hij is nog eens aardig ook.

Ik ben niet zo goed in het interpreteren van films, weet er weinig van af en voel me al snel op glad ijs. Ik vind dit ook bij tijden een moeilijke film. Vooral het zoeken en het avontuur weerklonk bij mij bij eerste keer kijken.  She male snails bevat genoeg elementen om mensen te verrukken en zich af te vragen, om een geheel queer perspectief op genderexpressie en identiteit te geven De film portretteert heel duidelijk allerlei redenen en wegen voor het zoeken naar een alternatieve genderexpressie. En dat is Heel Hard Nodig.

Boovenstaande is geschreven n.a.v. de vertoning van de film Poiktanten, She male snails, op Diep festival 14 jui 2013

Kinderen van Srikandi

Op het Cinemasia festival dat vorige week in Amsterdam draaide werd Children of Srikandi temidden van vele andere moderne, niet-stereotyperende films over Azië getoond. Op het moment toert Cinemasia doort het land. Een van de bijzondere dingen aan de film is dat deze is gemaakt door de ‘kinderen’ zelf. Lees verder

Na Harvey Milk

De film Milk (2008) van Gus van Sant en de documentaire The times of Harvey Milk (uit 1984 al) door Rob Epstein geven een goed beeld van het politeke en historische belang van deze supervisor (“stadssecretaris” aldus Van Dale). Een aantal argumenten blijven als een paal overeind staan en vragen om antwoord van de radicale fracties in de politieke strijd. En ik wil een antwoord geven wat homostrijd en transrechten strijd nou met elkaar te maken hebben. Want dat begint langzaamaan een steeds heikeler thema te worden. Lees verder